Goudvissen in een kom hebben iets triestigs. Ze zwemmen hun rondjes, eten wat en dat is het. De goudvis uit dit verhaal zwemt haar rondjes op de boekenkast. Nog een geluk, want zo heeft ze zichzelf leren lezen en ze kan ook schrijven in het water. Toch klinkt al op de tweede bladzijde de onvermijdelijke vraag: 'Waarom doe ik dit eigenlijk? Niemand ziet het, niemand zegt er wat van.'
Op een dag verplaatst een meisje de kom naar de vensterbank. We volgen deze gebeurtenis vanuit het perspectief van de goudvis: 'Het water klotste nog wat na, de waterplanten zwierden uit en de stenen rolden op hun plekje. Toen alles tot rust was gekomen, keek de goudvis naar buiten.' De verhuizing naar het raam was een goed idee; de goudvis kan nu van alles zien. Ze maakt kennis met een merel. Hij complimenteert de goudvis met haar prachtige kleur: '[…] ik heb al veel oranje gezien, maar jij bent het mooiste oranje!'. Bij zijn volgende bezoek fluit de merel lyrisch dat de goudvis mooier is dan […] 'd…
Lees verder
Goudvissen in een kom hebben iets triestigs. Ze zwemmen hun rondjes, eten wat en dat is het. De goudvis uit dit verhaal zwemt haar rondjes op de boekenkast. Nog een geluk, want zo heeft ze zichzelf leren lezen en ze kan ook schrijven in het water. Toch klinkt al op de tweede bladzijde de onvermijdelijke vraag: 'Waarom doe ik dit eigenlijk? Niemand ziet het, niemand zegt er wat van.'
Op een dag verplaatst een meisje de kom naar de vensterbank. We volgen deze gebeurtenis vanuit het perspectief van de goudvis: 'Het water klotste nog wat na, de waterplanten zwierden uit en de stenen rolden op hun plekje. Toen alles tot rust was gekomen, keek de goudvis naar buiten.' De verhuizing naar het raam was een goed idee; de goudvis kan nu van alles zien. Ze maakt kennis met een merel. Hij complimenteert de goudvis met haar prachtige kleur: '[…] ik heb al veel oranje gezien, maar jij bent het mooiste oranje!'. Bij zijn volgende bezoek fluit de merel lyrisch dat de goudvis mooier is dan […] 'de mandarijn en de vlam, de goudsbloem en de lijsterbes, de wortel en het knipperlicht, de dakpan en de pompoen, het tennisveld en de eierdooier.' Geweldig mooi, deze wonderlijke paren van natuur en cultuur, van zachte en harde dingen. 'Dank je wel, merel.' schrijft de goudvis in het water. De onverwachte aandacht en het lied missen hun effect niet. De goudvis wil niets liever dan samen met de merel de wereld van al die mooie oranje dingen gaan ontdekken. Maar de merel komt niet terug, de volgende dag niet en de dag daarna ook niet. Teleurgesteld schrijft de goudvis heel groot een verwijt in het water: 'Stomme merel, met je stomme lied. Nu ik je nodig heb, kom je niet!' Gelukkig maar dat deze goudvis haar ‘stem’ verheft en de lijdzaamheid doorbreekt. Wanneer de merel terugkomt, blijkt hij vader te zijn geworden. De bezoekjes die hij met zijn kroost aan de vissenkom brengt, maken van haar de 'gelukkigste goudvis'.
Bas Rompa, een dichter met een heel oeuvre op zijn naam, en Elsje Dezwarte, die eerder onder meer het fascinerende Binnenpoes buiten (2010) tekende, maakten samen een hoogst origineel dierenverhaal. Het verhaal verrast door de bijzondere personages, door de sfeer en de plot. Rompa’s beheerste stijl gaat goed samen met de tekeningen van Dezwarte, die dromerige voorstellingen uitvoert in een realistische stijl. Wat vooral opvalt, is het kleurgebruik. Dezwarte laat de diepe, verzadigde kleuren regelmatig botsen, bijvoorbeeld feloranje met diepgroen. Beeldrijm zorgt voor subtiele accenten. Het oranje van de goudvis rijmt met de oranje haren van het meisje en natuurlijk ook met de snavel van de merel. Duistere, nachtelijke sfeerimpressies worden afgewisseld met beelden vol zonlicht. De typische kleurencombinaties paste Dezwarte ook al toe in Binnenpoes buiten en De zee, altijd de zee (2010). Geslaagd zijn ook de bijzondere perspectieven. Regelmatig kijkt de lezer door de vissenkom naar de verhaalwereld. Het ronde glas en het water zorgen voor intrigerende vervormingen en spiegelingen.
De gelukkige goudvis nodigt uit tot gedachten over eenzaamheid, zinloosheid, verlangen, hoop en teleurstelling. En uiteindelijk ook over berusting. Voor deze goudvis geen verhaaleinde in de vorm van een ‘lang en gelukkig leven’ in de grote wijde wereld, maar tevredenheid binnen de beperkingen van haar bestaan. Rompa en Dezwarte tonen hoe poëtisch, sfeervol en intrigerend een prentenboek kan zijn. [Coosje Van der Pol]
Verberg tekst